
1940 - 1945
EN HALFUURTJE "NIEMANDSLAND"OP DE ZEEWEG
door: Henk Wieringa
(dit verhaal is eerder verschenen in het boekje "Bloemendaal 40-45 een gemeente in oorlogsjaren" uitgegeven door de gemeente Bloemendaal bij het vieren van vijftig jaar bevrijding in 1995).
Henk Wieringa vertelt:
Zondag 6 mei, omstreeks elf uur, Nederland is al ruim een etmaal vrij maar de bevrijders zijn nog ver weg en de bezetters volop aanwezig. Nieuwsgierig hoe onze hockeyvelden (HBS aan de Donkerelaan) er bij lagen, besloten mijn vriend en ik - beiden 13 jaar - op verkenning te gaan in Bloemendaal.
De afgebroken huizen op de Kleverlaan. Op de achtergrond de HBS aan de Verspronckweg.
Door de Mauer-muur op de Kleverlaan, langs de puinhopen van de in september '44 afgebroken huizen, door de Iepenlaan en langs het vernielde station van Bloemendaal -
Station Bloemendaal, mei 1945
- en het zwaar gecamoufleerde en nog steeds de de Duitsers bezette Wildhoef. Wij kwamen er zonder problemen.
Zoals alle sportvelden in die dagen, bleek ook de Vinkenbaan nog vol met meters hoge palen te staan, door de bezetters neergepoot om een geallieerde luchtlanding te voorkomen. De grasmat was volledig verwilderd, maar de doelen, de vlaggenmast en het clubhuis stonden nog ongeschonden overeind.
Vergeleken bij de chaotische drukte van de vorige dag in Haarlem was het in het nog deels geëvacueerde Bloemendaal merkwaardig stil. Wel wapperde op veel plaatsen het rood-wit-blauw, passeerde ons af en toe een Duitse legerauto en waren er nogal wat mensen op straat, maar van feestegedruis was eigenlijk weinig te merken.
Hoe zou het zijn met onze goeie, oude BSV gaan, vroeggen wij ons af. Ons beider onvolprezen lagere school aan de Lage Duin en Daalseweg, in 1943 gevorderd door de Wehrmacht en sindsdien onbereikbaar. de expeditie werd voortgezet en zonder een hindernis stonden wij al spoedig voor het zo vertrouwde schoolgebouw met zijn toen nog aanwezige, trotse toren. De school bleek te zijn ontruimd met - zo te zien - achterlating van een geweldige rotzooi in de lokalen.
Hoewel overal in de buurt nog Duitse soldaten zaten en bij Hotel Duin en Daal een prikkeldraadversperring was te zien, hield niemand ons tegen, zodat wij besloten verder te gaan richting Hoge Duin en Daalseweg, dat tijdens een groot deel van de oorlog "Sperrgebiet" was en volledig afgesloten voor burgers.
Prikkeldraadversperring op de Lage Duin en Daalseweg bij het Halve Maantje.
Het werd een avontuurlijk tochtje via het Halve Maantje en een verlaten versperring naar de Carmeltrap en vervolgens linksom langs bruin, geel en groen heschilderde villa's, militaire voertuigen onder camouflage-netten en op veel plaatsen Duitse soldaten, die ons een tikkeltje verbaasd nakeken, maar verder niets zeiden of deden. Achteraf bezien een merkwaardige situatie, waar een toch wat gespannen sfeer hing.
Zo kwamen wij bij de Lombar Petrilaan en tenslotte op de Zeeweg terecht, de weg naar het strand en de zee, waar we in geen jaren een voet hadden mogen zetten. Het zal toen ongeveer één uur in de middag geweest zijn en de verleding om een avontuurlijke tocht voort te zetten was groot. De Zeeweg lag er verlaten bij en wij besloten alles verder vergetend op weg te gaan naar zee. Ik herinner mij nog goed, dat bij de laatste villa rechts aan het begin van de Zeeweg Duitse militairen in de tuin stonden, die ons luid kenbaar maakten het duin vooral niet in te gaan: "MINEN gefahr"!. Maar zij lieten ons rustig lopen.Ter hoogte van de watertoren lag een grote prikkeldraadversperring over de weg, met wachthuisjes aan weerszijden van de doorgang.
Overzichtsfoto van de Zeeweg, op de voorgrond de bunker met kanon.
Zo marcheerden twee overmoedige jongens op die 6-de mei langs de verlaten Zeeweg richting zee en strand. Eem keer of wat verstopten wij ons- dat leek ons raadzaam - bij het passeren van een Duitse vrachtwagen. Halverwege zagen we een bunker met een stalen kopel en een kanon- aan de linkerkant in de tweede bocht - helemaal aan het eind.
De bewuste bunker met kanon.
Vlak voor het geheel ontmantelde Bloemendaal aan Zee nog een betonnen muur dwars over de rijbanen, maar ook deze barrière was niet gesloten en ook hier was geen mens te bekennen.
Het laatste stuk hebben wij gerend en onder een stralende zon stonden wij even later ademloos en met knikkende knieën maar opgetogen op de boulevard (wat er nog van over was) en lag de Noordzee aan onze voeten.
Het strand vol prikkeldraad, ijzeren palen stokken en andere troep om het aan land gaan te bemoeilijken.
Het strand was onherkenbaar, stond vol palen, hekken, prikkeldraad en ander obstakels en op de duintoppen zagen wij overal bunkers en dreigende kanonslopen.
De plotselinge aanblik van zee na zo'n lange tijd, die geluiden en geuren - we hebben het opgezogen en vonden het fantastisch!
En toen kwam er langs de boulevard - althans wat er van over was - plotseling een donkerblauwe DKW aanrijden, waar een grote, witte vlag uitstak en die bij ons stopte. Een oudere man met een oranje band om zijn arm sprak duidelijke taal: wat wij gvd daar deden, hoe we daar kwamen, dat het streng verboden was en levensgevaarlijk en nog zo het een en ander, en dat wij achter elkaar moesten instappen.
Voorbeeld van zo'n betonweg, die er nu nog ligt.
De man was van de Binnenlandse Strijdkrachten, vertelde hij ons, en omdat hij papieren moest overhandigen aan een Duitse commandant onder IJmuiden, voerde hij ons via een lange smalle betonweg achter de eerste duinenrij naar een groot ondergronds bunkerdorp- het Langerak genaamd - een eind voorbij het latere Parnasia. In mijn herinnering een adembenemende tocht langs versperringen, bunkercomplexen, wachtposten, zoeklichten en Duitse militairen, die lagen te luieren in het zonnetje.
Voorbeeld van zo'n bunkercomplex zoals deze nu nog aanwezig is.
Wij vielen daar achter in het DKW-tje van de ene in de andere verbazing over wat daar allemaal op en onder het zand gebouwd was. Dit was dus, zoals wij later hoorden, de Atlantikwall.
toen weer de betonweg terug en langs de verlaten Zeeweg richting Overveen. De BS-man kon maar niet geloven dat er bij de versperringen aan het begin van de Zeeweg geen bewaking was, toen wij daar een paar uur geleden waren gepasseerd. Bij die versperring stonden nu indrukwekkende, gewapende BS-wachtposten. Onze man moest stoppen en er werd een tijdje gesproken. Wij werden als 'arrestanten" afgeleverd op "Duinrust" in Overveen, het latere Marine Hospitaal-, waar de BS zich had gevestigd en waar we na een soort verhoor tenslotte om half zes werden losgelaten.
"Duinrust" mei 1945. tijdelijk noodgevangenis.
Opgelucht dat het zo goed was afgelopen en dodelijk vermoeid waren wij om zes uur weer thuis en konden we onze ongeruste ouders verslag uitbrengen. Een onvergetelijke dag die, steeds weer als ik over de Zeeweg kom, even in mijn herinnering terug komt. Uit opgemaakte gesprekken in Duinrust hebben wij begrepen, dat de versperring op de Zeeweg op die 6-de mei ongeveer een half uur zonder bewaking is geweest als gevolg van een misverstand tussen de nog prille BS-organisatie en de bezetter. En juist in dit half uurtje, toen de Zeeweg even 'niemandsland" was, passeerden daar twee overmoedige jongetjes.
Met dank voor het gebruik van enkele foto's van de Zandvoortse bunkerploeg. (kijk ook op www.zandvoortsebunkerploeg.nl voor meer informatie).
Heeft u nog vragen of informatie over deze site, mail dan naar:
1940-1945@ bloemendaal.nl
Ga nu terug naar Oorlogsherinneringen of klik op Home